1. Hou het fris
Draai minder wassen. Doe je deodorant en parfum op voor het aankleden en niet erna. Hang je kleding op om te luchten, zodra je thuis komt van het werk.
2. Pak ‘t in
Verklein de kans op haaltjes en haakjes: doe ritsen, knopen en haken dicht. Gebruik waszakjes voor bh’s en andere prikkelende zaken.
3. Mooi opgeruimd
Gebruik onze wastassen in Green, Grey en Pepper Black om je gekleurde, witte of bonte was direct te scheiden. Op wasdag is alles al uitgezocht.
4. Zoek het uit
Sorteren op kleur voorkomt kleding in onverwachte tinten. En wanneer je stevige stoffen zoals denim en geweven katoen samen wast, brengen ze geen schade toe aan zachter materiaal.
5. Verzamel sokken
Houd sokken bij elkaar. Verzamel vieze sokken in een waszakje. Op wasdagen sluit je het zakje en gooi je ze allemaal zo in de wasmachine.
6. Maak een fooienpot
Muntgeld in broekzakken verdwijnt meestal ergens in de wasruimte. Zet een fooienpot op een plank. Doneer daar gevonden wisselgeld en beloon jezelf met een leuke wasbonus.
7. Waterstralen
O nee toch, papier meegewassen! Het kost een eeuwigheid om die biljoenen stukjes nat papier van kleding te peuteren. De douche biedt uitkomst. Gebruik de kracht van heet water om het papier van kleding te verwijderen.
8. Vlekkenmemo
Zet een tasje met wasknijpers in je wasruimte. Ieder kledingstuk met een vlek die speciale aandacht vereist voor het wassen krijgt een wasknijper. Zo denk je eraan voor ze in de wasmachine gaan.
